Weegschalen die je vetpercentage en spiermassa meten worden ook wel BIA-weegschalen genoemd. BIA staat voor Bio-elektrische Impedantie Analyse.
BIA watta?!
Bio-elektrische Impedantie Analyse (BIA) is een analyse waarbij gebruik wordt gemaakt van een elektrische stroom. Deze elektrische stroom wordt vanuit de weegschaal door je lichaam heen gestuurd. Vervolgens wordt de weerstand van deze stroom gemeten. Er wordt dus gemeten hoe snel de stroom door je lichaam heen gaat. De snelheid is afhankelijk van de weefsels waar de stroom doorheen wordt gestuurd.
De verschillende weefsels
Eigenlijk is ons lichaam onder te verdelen in 2 soorten weefsels:
- Vetvrije massa: hier vallen ALLE weefsels onder die geen vet bevatten. Denk aan botten, spieren en en organen
- Vetmassa
Vocht in vetmassa VS vetvrije massa
Vetvrije massa bevat veel water. Spieren en organen hebben nou eenmaal water nodig om goed te kunnen functioneren. Dit ten opzichte van vetmassa, dat nauwelijks vocht bevat.
Hier wordt gebruik van gemaakt…
Het verschil in vocht tussen vetvrije massa en vetmassa beïnvloedt de weerstand. Water geleidt stroom namelijk goed. Mannen worden niet voor niks gewaarschuwd dat ze een schok kunnen krijgen wanneer ze tegen een schokdraad aan plassen…
Vetmassa bevat weinig water. Daarom geleidt vet ook niet zo goed. Als je erover nadenkt, dan klinkt dat ook logisch.
Vanuit de weegschaal wordt een elektrische stroom door je lichaam heen gestuurd. Vervolgens komt deze stroom weer terug bij de weegschaal. De BIA-weegschaal kan aan de hand daarvan de snelheid van de geleiding van deze stroom bepalen. Eigenlijk meet hij dus hoe snel de stroom weer ‘terug’ is. Aan de hand hiervan wordt geschat hoeveel vetmassa en vetvrije massa je hebt. Deze weerstand wordt namelijk gebruikt in een formule, waar ook lengte, geslacht en leeftijd onderdeel van zijn.
Klinkt goed?
Dit klinkt in eerste instantie als een prima schatting, maar er zitten wat haken en ogen aan die ik graag met je door wil nemen
1. Een elektrische stroom volgt altijd het pad van de minste weerstand
Doordat de stroom altijd de weg van de minste weerstand kiest, zal de stroom niet zo snel door vetweefsel onder je huid heen gaan. Als je daar dus veel vet hebt, dan zal dit niet worden meegenomen.
2. De weerstand van de stroom is afhankelijk van de temperatuur
Temperatuur heeft invloed op de verdeling van bloed in je lichaam. Bij een lage temperatuur stroomt er minder bloed door je huid om op die manier te voorkomen dat je veel warmte verliest. Bij een hoge temperatuur stroomt er juist veel vocht door je huid. Aangezien vet voornamelijk onderhuids ligt opgeslagen, is het logisch dat temperatuur daardoor invloed heeft op de uitslag van een BIA-meting. Zo bleek uit meerdere onderzoeken (waaronder deze) dat een hogere temperatuur leidde tot een lagere berekening van het vetpercentage dan een lage temperatuur.
3. De hoeveelheid vocht in je lichaam heeft enorme invloed op de uitslag!
Ook deze is logisch als je begrijpt hoe een BIA-meting werkt. Hoe meer vocht in je lichaam, hoe beter de stroom geleidt. Het zou daardoor kunnen leiden tot een lagere schatting van je vetpercentage. Daarom hebben factoren die je vochthuishouding beïnvloeden ook direct invloed op de uitslag van de BIA-meting. Denk aan koffie drinken, slecht slapen, trainen, zout, stress, hormonen, etc. Als een meting niet onder exact dezelfde omstandigheden plaatsvindt (wat dus erg lastig is), dan kan je de uitslag eigenlijk niet meer vertrouwen.
4. Veel BIA-apparaten missen de helft van je lichaam in de meting.
Er zijn verschillende soorten BIA-apparaten. Zo heb je normale weegschalen waar je alleen met je voeten op staat, er zijn een soort ‘hand-helds’ en er zijn apparaten waarbij je ergens op staat EN iets moet vasthouden.
Eigenlijk zijn deze alle 3 onbetrouwbaar.
Als je alleen met je voeten op het apparaat staat, dan gaat de stroom door je ene been naar binnen en via je andere been weer terug naar het apparaat. Je hele romp wordt dus niet meegenomen!
Hetzelfde geldt voor die hand-held apparaten; deze nemen alleen je armen mee. Kortom: deze metingen kan je sowieso vergeten…
Sta je er zowel met je voeten op als dat je iets vast moet houden, ook dan is het nog onbetrouwbaar en wel om alle andere redenen die al zijn genoemd.
5. Het grootste probleem met BIA-metingen is dat de schattingen worden gebaseerd op een schatting middels een steekproef
Hoe dit precies zit, daar wil ik niet te veel over in detail treden… Maar neem van mij aan dat deze steekproef slecht wordt uitgevoerd. Het is daarom een schatting van van een schatting van een schatting…
Kortom..
Neem BIA-metingen niet serieus!
‘Maar hoe zit het dan met veranderingen over de tijd?’
Nou zullen velen deze vraag stellen. Het argument dat zij aanleveren is dat de fout dan telkens hetzelfde is, waardoor je wel veranderingen kunt meten.
Maar nee… ook daar heb je niks aan! Waarom?
De ‘fout’ die wordt gemaakt is NIET telkens hetzelfde!
Tijdens de schatting van je vetpercentage en spiermassa gaat de formule die gebruikt wordt om je lichaamscompositie te berekenen ervan uit dat vetvrije massa een bepaalde dichtheid heeft. Volgens deze formule is deze dichtheid altijd hetzelfde.
Echter, de dichtheid van vetvrije massa kan veranderen wanneer je lichaamscompositie verandert. Afvallen of aankomen draagt dus bij aan de ‘fout’ die wordt gemaakt. En daarnaast draagt de hydratiestatus natuurlijk ook nog bij aan deze fout.
Wat zegt de wetenschap…
Om dit te bevestigen… Uit dit onderzoek bleek dat de meetfout -3,6% tot +4,8% kan zijn. Iemand zou dus 3,6% lichaamsvet kunnen verliezen, terwijl de BIA-meting niks aan zou geven. Of de BIA-meting geeft aan dat je 8,8% bent verloren, terwijl dit in werkelijkheid maar 4% is.
In een ander onderzoek bij bodybuilders bleek dat van alle meetmethoden, BIA-metingen de grootste spreiding lieten zien. Deze spreiding was zelfs GROTER dan BMI!! De fout ging richting de 8%! Iemand zou dus 4% vet kunnen verliezen, terwijl BIA een toename van 4% laat zien.
Vaak onderschat een BIA-meting hoeveel vetverlies er daadwerkelijk is. Dit is ook niet gek, want als je even terugdenkt aan de werking van BIA dan zal de elektrische stroom de weg kiezen van de minste weerstand. Het zal dus niet door het vet onder je huid stromen. Het zou daarom zo kunnen zijn dat je wel vet bent verloren, maar dat BIA dit niet detecteert.
Wanneer laat de uitslag van een BIA-meting wel een daling van je vetpercentage zien?
De enige reden waarom BIA-metingen een daling van je vetpercentage kunnen laten zien, is doordat je gewicht bent verloren. En gewicht is één van de componenten in de schattingsformules die BIA gebruikt.
Conclusie…
Gebruik zulke weegschalen dus NIET om te bepalen of er veranderingen in spiermassa en vetmassa zijn opgetreden. Maak liever gebruik van bijv. huidplooimetingen, je gemiddelde gewicht, foto’s, omtrekmetingen en de progressie die je maakt in de sportschool!